Categorieën
Onderzoek

Onderzoek naar rookvrije zones in Nederland

Is er genoeg steun voor uitbreiding van rookvrije omgevingen in Nederland? En kunnen we iets leren van andere landen? Jasper Been (Erasmus MC) vertelt over ‘Novel smoke-free policies to protect children as part of a tobacco endgame: assessing international and local experiences to generate transferable lessons for the Netherlands’ – een onderzoek naar de uitbreiding van rookvrije zones, hoe dit kinderen beschermt en wat er voor nodig is om ze in Nederland in te voeren.

Waar gaat het project over?

“Rookvrije omgevingen verbeteren de gezondheid van kinderen en dragen bij aan een Rookvrije Generatie. Ons onderzoek laat zien dat er veel maatschappelijke steun is voor verdere uitbreiding van rookvrije omgevingen in Nederland, vooral daar waar kinderen vaak komen. We kunnen hierin veel leren van andere landen waar nieuwe rookvrije omgevingen al ingevoerd zijn én effectief zijn gebleken.”

Hoe dragen de uitkomsten van het project bij aan het bereiken van de Rookvrije Generatie?

“Verschillende landen wereldwijd hebben ervaring met uitbreiding van rookvrije omgevingen naar plekken die in Nederland nog niet rookvrij zijn. Zo hebben 18 Europese landen het roken in de auto al gereguleerd als er kinderen en/of zwangeren in de auto zitten. Andere voorbeelden zijn rookvrije speeltuinen, terrassen, parken, stranden en binnensteden. Ons onderzoek liet zien dat ondanks uitdagingen in de handhaving zulke rookvrije plekken effectief kunnen zijn. Zo nam de blootstelling van kinderen aan tabaksrook in de auto met ruim 30% af en werden minder kinderen in het ziekenhuis opgenomen voor astma-aanvallen.

We onderzochten de juridische grond voor zulke regelgeving en wat de bevorderende en belemmerende factoren waren voor de invoering ervan. In Nederland zelf zagen we dat er overweldigende steun is voor het rookvrij maken van plekken waar nu nog mag worden gerookt, met name daar waar kinderen veel worden blootgesteld aan tabaksrook.

Pionieren met rookvrije omgevingen werkt; zo nam het roken rondom het Erasmus MC en de tegenoverliggende scholen met bijna de helft af na invoering van een rookvrije zone. Tegelijk zagen we veel variatie in de mate waarin gemeentes werk maken van de Rookvrije Generatie en er lijkt noodzaak voor meer landelijke regie. “

Wat waren de meest vernieuwende inzichten?

“Al met al laat ons project zien dat er ruimte én steun is voor uitbreiding van rookvrije omgevingen in Nederland, waarbij veel geleerd kan worden van ervaringen in het buitenland om verder toe te werken naar de Rookvrije Generatie. Nu is het aan beleidsmakers om aan de slag te gaan met deze inzichten.”

Op welke manier hebben jullie de kennis naar de praktijk gebracht?

“Gedurende het project hielden we nauw contact met belangrijke stakeholders in het veld, zoals de gezondheidsfondsen en lokale en landelijke beleidsmakers. Via presentaties op congressen (zoals het Nederlands Netwerk voor Tabaksonderzoek) en publicaties in internationale en Nederlandse vakbladen (waaronder een overzichtsartikel in het Tijdschrift voor Gezondheidswetenschappen) brachten we de resultaten van ons onderzoek onder de aandacht van wetenschappers en collega’s.

We presenteerden de bevindingen van ons project richting de landelijke politiek aan de Thematafel Tabak en richting het bredere werkveld via deelname aan een webinar van Nederland Rookvrij en plaatsen van berichten op bijvoorbeeld LinkedIn en Twitter.

Het algemene publiek bereikten we via landelijke media en we ontwikkelden een infographic en website (rijrookvrij.nl) over rookvrije auto’s. “

Met wie werken jullie samen?

““Het project was een samenwerking tussen onderzoekers en artsen van de afdelingen Kindergeneeskunde, Verloskunde & Gynaecologie en Maatschappelijke Gezondheidszorg van het Erasmus MC Sophia Kinderziekenhuis te Rotterdam, juridische onderzoekers van de Universiteit Groningen en experts van het Centrum Media en Gezondheid in Gouda. Dit veelzijdige team bracht mensen samen uit heel uiteenlopende onderzoeksgebieden, met een inspirerende samenwerking en vernieuwende inzichten tot gevolg.

Onder andere via intensieve samenwerking met de Gezondheidsfondsen voor Rookvrij hopen we met onze onderzoeksresultaten de uitbreiding van rookvrije omgevingen hoog op de politieke agenda te houden.”

Dit onderzoek is mogelijk gemaakt door Longfonds, KWF, Hartstichting, het Diabetesfonds en de Trombosestichting in hun gezamenlijke oproep om meer onderzoek naar tabaksontmoedigingsbeleid te stimuleren op weg naar een Rookvrije Generatie. 

Benieuwd naar de andere onderzoeken over naar effectief tabaksontmoedigingsbeleid? Lees dan de andere interviews:

Categorieën
Onderzoek

Evaluatie van het uitstalverbod op tabak in Nederland

Wat is het effect van het ‘uitstalverbod’ van tabaksproducten? Hoe beïnvloedt dit de blootstelling van jongeren aan tabaksproducten en het risico om te beginnen met roken? Dr. Mirte Kuipers (Amsterdam UMC) vertelt over het project ‘Maximising the effectiveness of the tobacco display ban in decreasing adolescent tobacco product exposure and smoking’ – een onderzoek over de invloed van het uitstalverbod in supermarkten (2020) en in kleine winkels (2021) op jongeren.

Waar gaat het project over?

“In dit project onderzoeken wij in vier Nederlandse steden hoe de zichtbaarheid van tabaksproducten in de winkelomgeving veranderde, nadat winkels sigarettenpakjes en andere tabaksproducten uit het zicht moesten halen voor de klanten (het ‘uitstalverbod’). Ook onderzoeken wij hoe dit de blootstelling van jongeren aan tabaksproducten en –reclame beïnvloedt en hun risico om te beginnen met roken. Met de resultaten willen we begrijpen wat de effecten zijn van het uitstalverbod en hoe dit beleid verbeterd kan worden.”

Hoe dragen de uitkomsten van het project bij aan het bereiken van de Rookvrije Generatie?

“Voor de Rookvrije Generatie is het belangrijk dat roken niet meer als normaal wordt gezien. Als in veel winkels tabaksproducten te zien zijn, dan houdt dit het beeld in stand dat tabaksproducten en het gebruik ervan normaal en geaccepteerd zijn. In dit project onderzoeken we of het uitstalverbod tabak effectief uit het zicht haalt in winkels en of dit inderdaad bijdraagt aan het minder geaccepteerd maken van roken onder jongeren.”

Wat waren de meest vernieuwende inzichten?

“Tabaksverkooppunten concentreren zich in stadscentra, langs hoofdwegen en in winkelcentra. Gemiddeld wonen inwoners van de vier steden op 310 meter afstand van een verkooppunt. Er is een disproportioneel groot aanbod van tabaksverkooppunten in armere buurten van middelgrote steden.

Voor de implementatie van de display-ban had driekwart van de tabaksverkooppunten tabaksproducten of –reclame in het zicht. Na implementatie daalde dit tot 36%. Ruim een kwart van de winkels waar het uitstalverbod van kracht was hield zich hier niet aan, voornamelijk kleine winkels zoals gemakszaken.

Jongeren worden gemiddeld aan één tabaksverkooppunt per dag blootgesteld. Jongeren die vaker worden blootgesteld aan tabaksverkooppunten vinden roken meer sociaal geaccepteerd. Een groot aantal tabaksverkooppunten ligt op loopafstand van middelbare scholen, gemiddeld drie verkooppunten per school. Vmbo- en havo-leerlingen worden vaker blootgesteld aan tabaksverkooppunten dan vwo-leerlingen. Verandering in blootstelling en risico op beginnen met roken na de implementatie van het uitstalverbod worden nog onderzocht.

Wij concluderen dat recente maatregelen effect hebben, maar dat waakzaamheid geboden is: vooral als het gaat om verkoop en zichtbaarheid bij kleinere winkels. ” 

Op welke manier hebben jullie de kennis naar de praktijk gebracht?

“De onderzoeksresultaten tot november 2022 zijn samengevat in een factsheet. Deze is in samenwerking met de Gezondheidsfondsen voor Rookvrij verspreid naar Tweede Kamerleden, in voorbereiding op het Commissiedebat over leefstijlpreventie van 14 december 2022. Resultaten zijn zowel in de media voorafgaand aan het debat als in het debat zelf gebruikt. Verder deelden we deze factsheet breed op sociale media, waar het door verschillende anti-tabaksplatforms is opgepikt (bijvoorbeeld Nederland Rookvrij en TabakNee.nl).

We organiseerden in 2021 en in 2022 bijeenkomsten voor partijen betrokken bij en geïnteresseerd in tabaksbeleid. En in het bijzonder regulering van de verkoopomgeving.”

Met wie werken jullie samen?

“Het project werd uitgevoerd door onderzoekers van Amsterdam UMC en Universiteit van Amsterdam (Afdeling Communicatiewetenschap en Afdeling Geografie, Planologie en Internationale Ontwikkelingsstudies).”

Dit onderzoek is mogelijk gemaakt door Longfonds, KWF, Hartstichting, het Diabetesfonds en de Trombosestichting in hun gezamenlijke oproep om meer onderzoek naar tabaksontmoedigingsbeleid te stimuleren op weg naar een Rookvrije Generatie. 

Benieuwd naar de andere onderzoeken over naar effectief tabaksontmoedigingsbeleid?

Categorieën
Onderzoek

Onderzoek over de impact van tabaksaccijns op het roken in Nederland

Welke impact hebben accijnsverhogingen gehad op het roken in Nederland? Zijn tabaksproducten bijvoorbeeld minder betaalbaar geworden door accijnsverhogingen? Drs. Cloé Geboers (Universiteit Maastricht) vertelt hierover naar aanleiding van het project ‘Impact of tobacco taxation on smoking in the Dutch context”.

Waar gaat het project over?

“In dit project onderzoeken wij de impact van tabaksaccijns op rookgedrag. Onderzoeksvragen zijn bijvoorbeeld of mensen minder zijn gaan roken of gestopt zijn door accijnsverhogingen, maar ook of zij ander gedrag vertonen zoals het kopen van sigaretten over de grens. We onderzoeken dit aan de hand van data die sinds 2008 wordt verzameld onder een groep mensen die roken of hebben gerookt (het International Tobacco Control (ITC) Policy Evaluation Project).”

Hoe dragen de uitkomsten van het project bij aan het bereiken van de Rookvrije Generatie?

“Het verhogen van tabaksaccijns is een van de meest (kosten)effectieve maatregelen die een overheid kan in zetten om roken te ontmoedigen. Desondanks zijn overheden terughoudend in het verhogen van tabaksaccijns. Veel wetenschappelijk onderzoek naar tabaksaccijns- en prijsbeleid is gedaan in landen zoals het Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten of Australië.

De situatie in deze landen is niet 1-op-1 te vergelijken met Nederland, onder andere door een andere cultuur, geschiedenis en geografische ligging (waardoor ze minder rekening hoeven te houden met prijsbeleid van buurlanden). Met dit onderzoek hopen we meer inzicht te krijgen in de Nederlandse context, en een wetenschappelijke basis te bieden aan toekomstig accijnsbeleid.”

Wat waren de meest vernieuwende inzichten?

“Een van de meest vernieuwende inzichten was dat de betaalbaarheid van sigaretten tussen 2010 en 2020 gelijk was gebleven. Het doel van accijnsverhogingen is dat mensen minder gaan roken, doordat tabak duurder – en dus minder betaalbaar – wordt. Het is daarom belangrijk om accijnsverhogingen met regelmaat plaats te laten vinden en dat deze verhogingen groot genoeg zijn om roken te ontmoedigen.”

Op welke manier hebben jullie de kennis naar de praktijk gebracht?

“De resultaten van het onderzoek hebben we op verschillende manieren gedeeld. Voor beleidsmakers hebben we bijvoorbeeld een policy brief opgesteld en de resultaten gepresenteerd op een seminar. Daarnaast is ons onderzoek meerdere keren door de media opgepakt (radio, tv, en krant) waardoor de bevindingen met het grote publiek zijn gedeeld. Naar aanleiding van – onder andere – ons onderzoek heeft Staatssecretaris Van Ooijen aangegeven te gaan onderzoeken hoe het accijnsinstrument de komende 10-15 jaar ingezet kan worden om een Rookvrije Generatie te bereiken.” 

Met wie werken jullie samen? (de partijen/organisaties waarmee jullie samenwerken en wat was de taakverdeling)

“Het Nederlandse projectteam bestaat uit onderzoekers van de Universiteit Maastricht, het Trimbos-Instituut, Onderzoeksinstituut IVO en de Universiteit van Amsterdam. Het ITC project wordt gecoördineerd vanuit de University of Waterloo, Canada.

Daarnaast hebben verschillende internationale experts op het gebied van tabaksontmoediging en tabaksaccijns bijgedragen aan dit project. Zij zijn onder andere verbonden aan: University of Illinois (VS), Ohio State University (VS), University Hospital Cologne (Duitsland), German Cancer Research Center (Duitsland), Santé Publique France (Frankrijk) en de University of Cape Town (Zuid-Afrika).”

Dit onderzoek is mogelijk gemaakt door Longfonds, KWF, Hartstichting, het Diabetesfonds en de Trombosestichting in hun gezamenlijke oproep om meer onderzoek naar tabaksontmoedigingsbeleid te stimuleren op weg naar een Rookvrije Generatie. 

Benieuwd naar andere onderzoeken over effectief tabaksontmoedigingsbeleid?

Daarnaast zijn er vier consortia die met subsidie van ZonMw effect- of implementatieonderzoek doen naar het gebruik en beter bereik van bestaande interventies:

Categorieën
Netwerk nieuws Nieuws Onderzoek

Aandacht voor Onderzoeksagenda Tabaksontmoeding in het licht van de Rookvrije Generatie tijdens het NNvT Congres

Op vrijdag 14 april 2023 tijdens het jaarlijkse NNvT Congres verzorgen ZonMw en Gezondheidsfondsen voor Rookvrij (GvRV) de sessie ‘Onderzoeksagenda Tabaksontmoediging: zijn we op de goede weg?’ Prof.dr. Onno van Schayck reflecteert daarin op de toegevoegde waarde van onderzoek naar tabaksontmoediging in het licht van de Rookvrije Generatie.

Onderzoeksagenda Tabaksontmoediging

De onderzoeken die tijdens deze sessie aan bod komen zijn gebaseerd op de Onderzoeksagenda Tabaksontmoediging van de Alliantie Nederland Rookvrij (afgekort ANR en tegenwoordig: GvRV), die tot stand kwam in samenwerking met wetenschappers, gezondheidsfondsen, ZonMw en partners van de ANR. De onderzoeksagenda vormde de basis voor meerdere projecten die inmiddels tot stand zijn gekomen, naar aanleiding van twee onderzoeksoproepen.

Subsidie-oproep ZonMw

Vier consortia richten zich op effect- of implementatieonderzoek naar het gebruik en beter bereik van bestaande interventies op het gebied van tabaksontmoediging. Deze samenwerkingsverbanden zijn ontstaan uit onze subsidieronde van ZonMw in 2017.  Inmiddels zijn deze projecten in de afrondende fase en komen er veel inzichten naar voren hoe bestaande interventies beter gebruikt kunnen worden.

Onderzoeksoproep gezondheidsfondsen

In 2018 is ruim 1 miljoen euro beschikbaar gesteld door vijf gezondheidsfondsen voor onderzoek naar effectief tabaksontmoedigingsbeleid. Het Diabetes Fonds, Longfonds, KWF, Hartstichting en de Trombosestichting wilden zo beleidsonderzoek naar tabaksontmoediging stimuleren, om te komen tot een Rookvrije Generatie.  

Vijf projectteams zijn vervolgens per 1 september 2019 van start gegaan met onderzoek naar de ontwikkeling en invoering van effectief nationaal en lokaal tabaksontmoedigingsbeleid. Welke onderzoeken dit zijn lees je hieronder. De projectleiders lichten deze kort toe.

(1) Reacties op geplande tabaksontmoedigingsmaatregelen

Prof.dr. Gera Nagelhout, Onderzoeksinstituut IVO:
“Dit onderzoek gaat over hoe de tabaksindustrie reageerde op de implementatie van drie tabaksontmoedigingsmaatregelen die in 2020 door de Nederlandse overheid werden geïmplementeerd: (1) neutrale tabaksverpakkingen; (2) grote tabaksaccijnsverhogingen en (3) het uit het zicht halen van tabaksproducten bij verkooppunten.”

(2) Uitbreiding van rookvrije zones: hoe beschermt dit kinderen en wat is er voor nodig om ze in Nederland in te voeren?

Dr. Jasper Been, Erasmus MC:
“Rookvrije omgevingen verbeteren de gezondheid van kinderen en dragen bij aan een Rookvrije Generatie. Ons onderzoek laat zien dat er veel maatschappelijke steun is voor verdere uitbreiding van rookvrije omgevingen in Nederland, vooral daar waar kinderen vaak komen. We kunnen hierin veel leren van andere landen waar nieuwe rookvrije omgevingen al ingevoerd zijn én effectief zijn gebleken.”

(3) De impact van het verhoging van tabaksaccijns op het roken in Nederland

Drs. Cloé Geboers, Universiteit Maastricht:
“In het project “Impact of tobacco taxation on smoking in the Dutch context” onderzoeken wij de impact van tabaksaccijns op rookgedrag. Onderzoeksvragen zijn bijvoorbeeld of mensen minder zijn gaan roken of gestopt zijn door accijnsverhogingen, maar ook of zij ander gedrag vertonen zoals het kopen van sigaretten over de grens. We onderzoeken dit aan de hand van data die sinds 2008 wordt verzameld onder een groep mensen die roken of hebben gerookt (het International Tobacco Control (ITC) Policy Evaluation Project).”

(4) Evaluatie van het uitstalverbod op tabak in Nederland

Dr. Mirte Kuipers, Amsterdam UMC:
“In dit project onderzoeken wij in vier Nederlandse steden hoe de zichtbaarheid van tabaksproducten in de winkelomgeving veranderde, nadat winkels sigarettenpakjes en andere tabaksproducten uit het zicht moesten halen voor de klanten (het ‘uitstalverbod’). Ook onderzoeken wij hoe dit de blootstelling van jongeren aan tabaksproducten en –reclame beïnvloedt en hun risico om te beginnen met roken. Met de resultaten willen we begrijpen wat de effecten zijn van het uitstalverbod en hoe dit beleid verbeterd kan worden.”

(5) Meeroken op openbare plekken in de buitenlucht: wat doet dat met de luchtkwaliteit?

Dr. Jeroen Bommelé, Trimbos-instituut:
“Wij hebben op verschillende plekken door heel Nederland gemeten hoeveel nicotine je binnenkrijgt als er iemand bij je in de buurt rookt. We hebben dat gedaan op terrassen, bij ov-haltes en voor ingangen van publieke gebouwen. Dit zijn namelijk plekken waar nog veel gerookt wordt.”

Tijdens de interactieve sessie op het NNvT congres reflecteren we samen met de projectleiders op de toegevoegde waarde van de onderzoeken in het licht van de Rookvrije Generatie. Wat is de doorwerking van kennis naar de praktijk? Wat zijn relevante learnings? Kom ook op vrijdag 14 april naar Utrecht! Ga voor meer informatie en inschrijving naar de website van het NNvT.


Categorieën
Netwerk nieuws Nieuws Onderzoek

Kankeratlas: long- en hoofdhalskanker komen zichtbaar vaker voor in achterstandswijken

Long- en hoofdhalskanker komen aanzienlijk meer voor in gebieden met een achterblijvende sociaaleconomische status. Dat blijkt uit de vandaag gelanceerde Nederlandse Kankeratlas van het Integraal Kankercentrum Nederland (IKNL). Zo’n 80% van de longkankergevallen heeft roken als oorzaak. Dit betekent dat er meer gerookt wordt door mensen in armere wijken. En dat biedt kansen voor rookpreventie door lokale overheden.  

Inzetten op preventie

Delen van onder andere de vier grote steden kleuren donkerrood op een kaart van kankerpatiënten in Nederland. Door de regionale verschillen te laten zien, hoopt IKNL op meer preventie. ”Je ziet heel duidelijk dat de sociaaleconomische status van mensen ook tot gezondheidsverschillen leiden. Dat moeten we niet willen,” aldus Valery Lemmens, hoofdonderzoeker bij het IKNL en bedenker van de atlas.

Het IKNL roept daarom beleidsmakers op om het voortouw te nemen in het aanpakken van een ongezonde leefomgeving. Hoe? Onder andere met het verhogen van accijnzen op tabak, verminderen van het aantal verkooppunten van tabak en door op wijkniveau maatregelen te nemen die de leefomstandigheden verbeteren.

Een rookvrij leven voor iedereen

In een aantal Nederlandse wijken is eind vorig jaar al begonnen met een integrale, lokale aanpak vanuit het programma ‘Een rookvrij leven voor iedereen‘, een initiatief van Pharos en GGD GHOR Nederland. In zeven wijken wordt nu gezamenlijk gezocht naar de betekenis van roken en de samenhang met sociale problemen in de wijk. Zo ontdekken de deelnemers stapsgewijs hoe ze met een lokaal team tot een passende wijkspecifieke aanpak kunnen komen.

Bronnen: KWF, NOS, Algemeen Dagblad

Categorieën
Netwerk nieuws Nieuws Onderzoek

Gebruik van tabak onder mbo- en hbo-studenten van 16-18 jaar blijft hoog

Hoewel in 2019 het aantal rokende mbo- en hbo-studenten van 16-18 jaar af nam, is dit in 2021 niet verder gedaald. Dit blijkt uit de vierde meting van de middelenmonitor mbo-hbo van het Trimbos-instituut.

Aantal studenten dat rookt neemt niet meer af

Bijna de helft van de studenten van 16 tot en met 18 jaar op het mbo en hbo heeft ooit gerookt (47%), ruim een kwart (27%) heeft de afgelopen maand gerookt en ruim één op de tien (11%) rookt dagelijks. Deze percentages zijn vrijwel gelijk aan de voorgaande meting in 2019.

Met name onder mbo-studenten wordt veel gerookt. Zo rookt op het mbo 12% van de 17-jarigen dagelijks. Op het hbo is dat 3%. Ook rookten de studenten op het mbo gemiddeld meer sigaretten per dag (5,5) dan studenten op het hbo (3,7). Ongeveer een kwart van de mbo- en hbo-studenten (26%) vindt het normaal dat leeftijdgenoten roken.

Meer weten?

Wil je meer lezen over deze meting van de middelenmonitor mbo-hbo? Lees dit artikel van het Trimbos-instituut of download de hieronder de factsheet ‘Middelengebruik onder studenten van 16-18 jaar op het mbo en hbo 2021‘.

Categorieën
Netwerk nieuws Nieuws Onderzoek

Onderzoek: Tabaksverkooppunten moeten effectiever worden verminderd

Op 8 december debatteert de Tweede Kamer onder andere over het terugdringen van het aantal verkooppunten van tabak. In het Nationaal Preventieakkoord van 2018 staat  het voornemen om tabaksverkooppunten te verminderen en per 2024 te stoppen met de verkoop van tabak in supermarkten. Uit onderzoek van het Amsterdam UMC in het Tabak uit het Zicht project blijkt echter dat dit niet voldoende is.

Aanpak

De onderzoekers brachten de kernresultaten uit het Tabak uit het Zicht project samen in een factsheet. In het project  brachten ze tabaksverkoopomgeving in vier steden in kaart: Amsterdam, Haarlem, Eindhoven en Zwolle. Adolescenten in deze steden vulden een vragenlijst in over roken-gerelateerde onderwerpen en deden mee aan metingen van hun blootstelling aan de in kaart gebrachte verkooppunten. Verder brachten de onderzoekers alle verkooppunten in zeven plattelandsgemeenten in kaart.

Gemakkelijk verkrijgbaar

Het onderzoek toont aan dat tabak gemakkelijk verkrijgbaar is in zowel steden als dorpen. In armere buurten is de verkrijgbaarheid groter, wat de toch al grote ongelijkheden op het gebied van roken kan uitvergroten. Veel verkooppunten bevinden zich rond scholen; in steden hebben scholen gemiddeld drie tabakswinkels binnen een straal van 500 meter. Jongeren op het vmbo worden vaker blootgesteld aan tabaksverkoop dan jongeren op het vwo. Dit is zorgelijk, omdat adolescenten die vaker worden blootgesteld aan verkooppunten, roken sociaal acceptabeler vinden.

Verkooppunten omlaag

Het aantal tabaksverkooppunten moet dus flink worden teruggebracht. Met het huidige plan om de verkoop van tabak in supermarkten te verbieden komen we er niet; ruim twee derde van de verkooppunten in steden zijn andere winkels dan supermarkten en ook in landelijke gemeenten blijft tabak bereikbaar. Bovendien toont het Tabak uit het Zicht onderzoek aan dat jongeren die sigaretten kopen dit juist niet in supermarkten doen, maar in tabak- en gemakszaken.

Problemen voorkomen

Bij het terugdringen van het aantal verkooppunten moet men rekening houden met een aantal problemen dat kan optreden als je enkel bepaalde winkeltypen uitsluit van verkoop, zoals supermarkten en benzinestations. We moeten voorkomen dat er verschuiving van de verkoop optreedt naar uitgezonderde winkeltypen, het aanbod tabaksverkooppunten toeneemt in armere buurten en er veel tabaksverkooppunten blijven in omgevingen waar jongeren zijn.

Vergunningsstelsel

Een vergunningenstelsel voor de verkoop van tabak is de meest veelbelovende manier om het aantal verkooppunten én de plaatsing van verkooppunten in de hand te houden. Met dit stelsel geeft men alleen aan bepaalde winkeltypen vergunningen uit en stelt men een limiet op het aantal vergunningen per buurt. Zo voorkomen we dat de verkoop verschuift van bijvoorbeeld supermarkten naar kleine winkels.

Contact

Wil je meer weten over (de resultaten van) dit onderzoek? Dan kun je contact opnemen met Tessa van Deelen (t.r.d.vandeelen@amsterdamumc.nl) en Mirte Kuipers (m.a.kuipers@amsterdamumc.nl).

Categorieën
Netwerk nieuws Nieuws Onderzoek

Sigaretten niet minder betaalbaar geworden, ondanks tabaksaccijns

De accijnsverhogingen die in Nederland plaatsvonden tussen 2010 en 2020 blijken onvoldoende te zijn geweest om roken minder betaalbaar te maken. Dat blijkt uit onderzoek van Universiteit Maastricht (UM), vandaag gepubliceerd in Nicotine & Tobacco Research. Hoewel de prijs van een pakje sigaretten jaarlijks licht steeg, nam ook het inkomen van Nederlanders toe, waardoor de betaalbaarheid van tabak in tien jaar tijd vrijwel gelijk is gebleven. Dat terwijl accijnsverhoging een zeer effectieve maatregel is om roken te ontmoedigen. Naast structurele, jaarlijkse accijnsverhogingen van voldoende formaat, zouden beleidsmakers daarom ook een standaard correctie voor toegenomen koopkracht moeten meenemen.

Tot nu toe onvoldoende accijnsverhoging

 De onderzoekers van de Universiteit Maastricht geven aan dat om roken daadwerkelijk minder betaalbaar te maken, het cruciaal is dat accijnsverhogingen niet alleen groot genoeg zijn, maar ook met enige regelmaat plaatsvinden, bijvoorbeeld jaarlijks.

“Het doel van accijnsverhogingen is dat mensen minder gaan roken, doordat tabak minder betaalbaar wordt. Dat levert gezondheidswinst op”, zegt onderzoeker Cloé Geboers, verbonden aan UM en het Trimbos-instituut. “De geplande verhogingen in 2023 en 2024 van elk ongeveer 1 euro zijn daarmee een goed begin.”

De onderzoekers benadrukken dat het daarbij belangrijk blijft om accijnsverhogingen te combineren met andere maatregelen. Vooral om groepen te ondersteunen die meer moeite hebben om te stoppen met roken.

Voldoende draagvlak

De meerderheid van de Nederlanders is voorstander van het verhogen van accijnzen op tabak, om te voorkomen dat jongeren beginnen met roken (80%) en om rokers te stimuleren om te stoppen (76%). Dat blijkt uit het jaarlijkse draagvlakonderzoek tabaksontmoediging, uitgevoerd door Gezondheidsfondsen voor Rookvrij (2022). Om roken daadwerkelijk terug te dringen pleit Gezondheidsfondsen voor Rookvrij voor structurele jaarlijkse accijnsverhogingen van minimaal 10%, gecombineerd met een standaard correctie voor toegenomen koopkracht.

Categorieën
Netwerk nieuws Nieuws Onderzoek

Onderzoek: Jongeren klaar met de tabaksindustrie

Platform ‘Doei Tabaksindustrie’ van Hartstichting, KWF en Longfonds legt smerige praktijken tabaksindustrie bloot

Kinderarbeid, ontbossing en kinderen verslaafd maken aan nicotine met e-sigaretten (of: vapes). Het zijn slechts drie van de vele misstanden die de tabaksindustrie veroorzaakt . Tweederde (63%) van de jongeren tot 18 jaar is helemaal klaar met deze industrie, blijkt uit de jaarlijkse Generatiemonitor van Gezondheidsfondsen voor Rookvrij. De fondsen (Hartstichting, KWF en Longfonds) schieten daarom te hulp: vandaag lanceren zij het platform ‘Doei Tabaksindustrie’: om samen met jongeren te strijden voor een samenleving waarin de tabaksindustrie geen plek meer heeft.

Uit het nieuwe onderzoek van Gezondheidsfondsen voor Rookvrij blijkt dat tweederde van de jongeren vindt dat de tabaksindustrie verboden moet worden. Uit hetzelfde onderzoek blijkt dat 45 procent van de jongeren onder 18 jaar zich niet bewust is dát ze verleid worden door de tabaksindustrie. De Hartstichting, KWF en het Longfonds vinden dat zorgelijk. Zij zetten zich gezamenlijk in voor een Rookvrije Generatie, maar worden daarin tegengewerkt door de tabaksindustrie.

Jongeren makkelijk slachtoffer tabaksindustrie

Carla van Gils, voorzitter van de Gezondheidsfondsen voor Rookvrij en directeur van KWF: “Dat veel jongeren zich nauwelijks bewust zijn van die verleiding maakt hen een makkelijk slachtoffer van de tabaksindustrie. Deze industrie doet er alles aan om kinderen te laten beginnen met roken. Bijvoorbeeld door producten te ontwikkelen zoals e-sigaretten/vapes met aantrekkelijke smaakjes. De tabaksindustrie maakt haar producten bewust verslavend en is betrokken bij talloze onacceptabele praktijken.

Met het platform Doei Tabaksindustrie willen we de misstanden van de tabaksindustrie onder de aandacht brengen. En een beweging creëren voor iedereen die strijdt voor een maatschappij zonder tabaksindustrie.”

Tabaksindustrie: altijd op zoek naar ‘replacement smokers’

Jaarlijks overlijden alleen al in Nederland zo’n 20.000 mensen aan de gevolgen van roken. Om die gestorven rokers te vervangen is de tabaksindustrie voortdurend op zoek naar jongeren. Deze groep noemen ze ‘replacement smokers’. Om aan nieuwe jonge klanten te komen deelt de tabaksindustrie bijvoorbeeld gratis sigaretten uit aan kinderen in Afrika en Azië. En verleiden ze jongeren tot nicotinegebruik met e-sigaretten/ vapes. Zo worden kinderen al op jonge leeftijd verslaafd gemaakt.

Aansluiten bij Doei Tabaksindustrie

Om samen met jongeren een vuist te maken tegen deze industrie lanceren Hartstichting, KWF en Longfonds vandaag het platform Doei Tabaksindustrie. Door je aan te sluiten zeggen we gezamenlijk doei tegen de tabaksindustrie en strijden we voor een samenleving waar de tabaksindustrie geen plek meer in heeft. Het social platform heeft als doel de misstanden van de tabaksindustrie aan de kaak te stellen en biedt een podium aan verschillende initiatieven tegen de tabaksindustrie.

Bedankt voor het roken

Voorafgaand aan de lancering van het platform voerden de fondsen gezamenlijk een landelijke ‘bedankt voor het roken’ campagne. Deze campagne had als doel de tabaksindustrie een gezicht te geven, hun smerige spelletjes bloot te leggen en verontwaardiging bij Nederlanders te creëren. Met ‘Doei Tabaksindustrie’ cancelen de fondsen deze campagne én – vanaf nu – de tabaksindustrie.

Strijd je mee?

Volg de Doei Tabaksindustrie social kanalen en ga naar de website voor meer informatie.

www.doeitabaksindustrie.nl
https://www.instagram.com/doei.tabaksindustrie/
tiktok.com/@doei.tabaksindustrie

Onderzoeksverantwoording: De Generatiemonitor 2022 is in september 2022 uitgevoerd door I&O Research in opdracht van Gezondheidsfondsen voor Rookvrij (Hartstichting, KWF en Longfonds)

Categorieën
Netwerk nieuws Nieuws Onderzoek

Sigaret brengt grote schade aan milieu


Ongeveer driekwart van de gerookte sigarettenpeuken wordt weggegooid op straat en belanden in het milieu. Door de giftige stoffen die achterblijven op de peuken en de plastics waar het filter van gemaakt is, vormen peuken een forse bedreiging voor de natuur en dieren. Dat blijkt uit de factsheet ‘Milieuschade door peukenafval’ van het Trimbos-Instituut.

Mens én milieu

Arts-epidemioloog van het Trimbos-instituut Esther Croes: “Een groot deel van het zwerfafval in Nederland bestaat uit sigarettenpeuken. Deze peuken veroorzaken aanzienlijke schade aan het milieu. Stoppen met roken is de beste oplossing. Daarmee sla je als roker drie vliegen in één klap: het is goed voor je gezondheid, voor de mensen in je omgeving én voor de natuur.”

Stop met roken: goed voor het milieu

Sigarettenpeuken worden aangetroffen in de maag van vissen, zoogdieren en vogels. Daarnaast vertragen peuken de groei van planten. Wereld Niet Roken Dag (31 mei) staat in het teken van de schade die tabak brengt aan het milieu. Het Trimbos-instituut heeft daarom op een rij gezet wat er gebeurt met sigarettenpeuken die op straat of in de natuur belanden. Croes: “En dat is dan alleen nog maar het eind van de tabaksketen. De teelt en productie zorgen voor ontbossing en afname van de biodiversiteit.”

Eén sigaret kan 1000 liter water vervuilen

Met name voor in het water levende organismen zijn sigarettenpeuken giftig en leiden ze tot veranderd gedrag, veranderingen in het DNA-materiaal, onderdrukking van de ontwikkeling en zelfs tot sterfte. Eén sigarettenpeuk kan 1000 liter water vervuilen. Onderzoek toont dat bij een concentratie van één sigarettenpeuk per liter water de helft van de vissen dreigt te overlijden. Peuken hebben ook een effect op planten. Zo houden ze de groei van sommige gewassen tegen en worden nicotinevervuilingen teruggevonden in bijvoorbeeld basilicum en pepermunt.

Hoe gif uit tabaksrook in de natuur terechtkomt

De peuk van een filtersigaret bestaat uit een filter en een klein stukje niet-opgerookte sigaret. Het sigarettenfilter bestaat uit stevig samengeperste plastic vezels (celluloseacetaat), waar door het roken giftige en kankerverwekkende stoffen in achterblijven. Sigarettenpeuken komen door de wind, regen en via het riool gemakkelijk terecht in zoet- en zoutwater. Croes: “Uit de miljarden sigarettenpeuken die in het milieu terechtkomen, lekken jarenlang zware metalen en nicotine de natuur in.”

Stoppen met roken de beste oplossing

Er is geen structurele oplossing voor de schade die sigarettenpeuken toebrengen. Croes: “Biologisch afbreekbare sigarettenfilters lossen het probleem niet op omdat daar nog steeds metalen, nicotine en teer uit wegsijpelen in de omgeving. Soms zelfs in hogere concentraties dan niet-biologisch afbreekbare sigarettenfilters. Stoppen met roken is de beste oplossing. Maar omdat de filters van sigaretten écht een nutteloos product zijn, zouden ze beter kunnen worden afgeschaft. Dat levert winst op voor mens én milieu.”

Bron: Trimbos-Instituut